Op avontuur in Albanië (en Griekenland en N. Macedonië)

Verbindingsetappe naar Etosha N.P.

Vandaag is een (tamelijk lange: 580 km en een 7-tal uur) overgangsetappe en willen we dus niet te laat vertrekken. Ik ben vrij vroeg wakker en wil de dag beginnen met wat e.mails weg te werken en eens te lezen wat er zoal in de wereld en in Belgie gebeurt (ik heb gisteren al moeten lezen dat AA Gent op zijn tsjoepe gekregen heeft in St Petersburg ... geen schande maar wel geen punten ... volgende keer beter). Van dit plannetje komt echter niets in huis, want er is geen elektriciteit in de hele regio. Gisterenavond was er wat elektrische activiteit in de lucht (= regelmatig oplichten aan de nachtelijke horizon zonder echte bliksemschichten) en dat was blijkbaar voldoende om het netwerk plat te leggen. De lodge heeft geen eigen generator wat betekent dat de frigo's en diepvriezers niet werken. Hierdoor zijn onze koelelementen niet bevroren ... maar dat is waarschijnlijk het minste der problemen (en voor ons zelfs helemaal geen probleem omdat we toch piepedada zijn). Het andere (klein) probleem voor ons is dat we niet met een kredietkaart kunnen betalen en er dus een serieuze hap uit onze cash voorraad verdwijnt. De eitjes met spek komen echter van een gasvuur en die pret kan de elektriciteitsleverancier ons dus niet afnemen. Kort voor 9u vertrekken we naar onze volgende bestemming: Mushara Bush Camp. Het reisagentschap heeft deze (zeer mooie) accommodatie op minder dan 10 km van een toegangspoort naar het Etosha N.P. geregeld, omdat ze vreesden dat we te laat zouden kunnen zijn om (voor zonsondergang) in het park zelf te geraken. We zijn echter al om 3:30 op onze bestemming en daarvoor hebben we geen halsbrekende toeren moeten uithalen. Om gewoon altijd 120 per uur te rijden op de kaarsrechte (1 vak in elke richting) asfaltwegen, die bovendien niet erg druk zijn, moet men niet Lewis Hamilton heten (of zelfs niet Fernando Alonso in zijn huidige vorm / auto). Op tijd toekomen geeft ons de tijd een verfrissende duik te nemen en om, onder het nuttigen van een frisse pint (of twee), ons terdege voor te bereiden op wat we morgen en overmorgen willen doen. Etosha zou namelijk een van de hoogtepunten van de trip moeten zijn.

Een rustig dagje in River Dance Lodge

Om 5:45 tikt het ondertussen welbekende klokje en om 6 uur klimmen we aan boord van een gemotoriseerd ponton. Er is buiten de zonsopgang, een paar vogels en een 5-tal hippo's die onze aanwezigheid maar matig lijken te smaken niet erg veel te zien maar we hebben een interessant gesprek met Joseph. Hij vertelt over de situatie in Angola (en de kinderen die iedere dag van Angola = de andere rivieroever naar Namibie naar school komen), over de eigenaars van de lodge (die net zoals alle eigenaars van alle lodges waar we verbleven hebben blanken zijn), over de positie van het SWAPO in Namibie na de onafhankelijkheid, over de familienamen in het gebied van de Hambukushu (hij is een olifant omdat zijn grootvader er een was en dat zijn grootmoeder een koe was doet er niet toe ...Turtelboom is hier nog niet langs geweest om de zaken gecompliceerd te maken), over het schoolsysteem en de verschillende kerken (Jehova, Katholiek, Sabath, Adventisten, enz), die ieder dorpje rijk is, over de headman (= burgemeester) in ieder dorp en de Chief (= gouverneur) in iedere regio, enz., enz.

Na het boottochtje en het ontbijt is het tijd om naar het dorp te wandelen waar we een typisch wooncomplex (= een paar losstaande, lemen hutten waarin een familie woont) en de lagere school bezoeken. We zeggen goedendag tegen de directrice, die een welgemeende poging doet om wakker te blijven (en ze slaagt er bijna in ... althans tot onmiddellijk voor het einde van ons "gesprek"). Daarna gaan we naar het 5de studiejaar, waar iedereen op commando recht veert en "Good Morning" schreeuwt. We leggen uit dat we van België komen (ik kan zelfs op een wereldkaart België en de Belgische vlag tonen) en daarna gaan we naar het 7de studiejaar waar de kinderen in de geheimen van de meetkunde wegwijs gemaakt worden. In het algemeen lijkt het een gezellige boel waar toch een inspanning geleverd wordt om kinderen een opleiding / opvoeding (discipline staat hoog op de lijst maar de toepassing ervan lijkt geen prioriteit te zijn) te geven. Bij het afscheid krijgen we een brief toegestopt waarin alle details gegeven worden om een donatie aan de school te doen. Ik vraag wat een boek, een gebouw, een omheining enz. kosten om een idee te krijgen wat we eventueel zouden kunnen doneren.

Dit verhaal is gemarkeerd als spam en is daarom niet zichtbaar voor bezoekers.

Ochtend Game Drive in Chobe N.P. en naar Kalima Mulilo (in Namibie)

Om 5:30 tikt ons wekkertje zoals het nergens tikt en we huppelen dus welgemutst uit onze bedjes.Vandaag krijgen we de "River route" toebedeeld (alsof dat voor Rockie veel verschil maakt). Het lijkt vandaag minder druk dan gisteren, misschien omdat we snel een zijweggetje inslaan. We rijden uiteindelijk terug naar de zone waar we gisteren de 5 leeuwen gezien hebben en ze blijken weer op post te zijn en zelfs nog familie meegebracht te hebben. De familie Leo blijkt nu met 9 te zijn en dat is nog zonder Leo zelf. Volgens Rockie is Leo zelf druk bezig met een of andere lokale schone leeuwin, want er is volgens hem (= Rockie) geen enkele andere reden waarom Leo niet bij zijn familie zou zijn. Enfin, het is geen groot verschil 9 of 11 leeuwen zich zien relaxen voor een internationale mix van toeristen. Wanneer de zon wat harder begint te schijnen vinden de Leo's het welletjes geweest en trekken ze de een na de andere richting struikgewas en schaduw. We zetten onze tocht langs de rivierbedding op een gezapig tempo verder tot Rockie aan de babbel geraakt met een van zijn collega's die zo snel mogelijk naar een plaats wil waar anderen een luipaard gezien hebben. Dat lijkt ons natuurlijk ook wel wat en we (= vooral Rockie met ons als lijdend voorwerp achteraan) snorren / schokken / slingeren de collega van Rockie achterna. Op een bepaalde plaats staan wel een 20 tal jeeps. Rockie ziet direkt de luipaard in het gebladerte van een grote boom. Dat kan van ons niet gezegd worden. Gertrude heeft wel "iets" zien bewegen maar ik die het beest via een telelens van 400 mm en 1.6 kg op de gevoelige plaat (= het geheugenkaartje) moet vastleggen zie veel gebladerte maar weinig luipaard. Gelukkig kent het beest zijn wereld en klimt hij uit zijn boom en komt hij de verzamelde toeristen eens vanop de grond bekijken. Hij wordt beter en beter zichtbaar maar op het moment dat hij in volle glorie zichtbaar zal worden en ik wil afdrukken ... komt een jeep met bevriende toeristen in het beeld. Het duurt tergend lang vooraleer de jeep door het zand geploeterd is en tegen dat dit gebeurd is heeft de luipaard zich omgedraaid is stapt hij op zijn dooie gemak in "de bush". Hierbij laat hij zijn sierlijk achterste bewonderen en fotograferen. Ik zal de bevriende toeristen om een foto van de luipaard in volle glorie moeten vragen

Na dit spektakel rijden we verder en zien we nog van alles maar niets kan het optreden van de leeuwen en daarna van de luipaard nog overtreffen ... tot tea time. We stoppen op dezelfde plaats als gisteren waar het veilig is uit te stappen om de benen te strekken en een thee of koffie met een muffin te nuttigen. Er zijn op deze plaats geen gevaarlijke dieren (vraag me niet hoe men dat zeker weet) alleen een aantal mooi getooide vogels en bavianen. Het zijn echter deze laatste die hier een hoofdrol spelen. Ze zijn enorm vrijpostig, springen in de jeeps en komen van alles stelen. Ook Gertrude wordt het slachtoffer van een diefstal als een baviaan vanop een jeep op Gertrude's schouder springt en de muffin die Gertrude nietsvermoedend in haar mond wil steken uit haar hand graait. Op weg naar huis zien we nog een aantal dieren die we op deze reis nog niet gezien hebben zoals zebra's en Sabre antilopen (met uitsterven bedreigd en een van de troffees van de Amerikaanse tandarts die ook Cecil te grazen nam).

Terug in het hotel pakt Gertrude na een vol Engels ontbijt de valiezen en ga ik eens snel naar de post voor een paar postzegels. Mijn adrenaline gehalte is in de 45 minuten die ik voor deze opdracht nodig blijk te hebben serieus gestegen maar bij de, naast mij, nog talrijk aanwezige menigte in de post is nauwelijks enige emotie waar te nemen. Ze hebben waarschijnlijk zwaar getraind in de kunst van het geduld.

Uiteindelijk is het na elf uur voor we de GPS zijn ding laten doen. Niet voor het eerst op deze tocht slaat "ons madam" volledig tilt. Wat volgens mij (en bevestigd door Rockie) een ritje van 1.5 a 2 uur en hooguit 150 km zou moeten zijn is volgens ons madam meer dan 10 uur rijden en honderden km. Volgens haar moeten we naar Livingstone aan de Victoria Falls om de grens tussen Zimbabwe en Zambia en de Zambesi over te steken en zo naar Namibie te gaan. We willen niet onbeleefd zijn (want we gaan "madam" waarschijnlijk nog veel nodig hebben) maar beslissen voet bij stuk te houden en haar advies naast ons neer te leggen. Na een 25 km komen we aan de grens tussen Botswana en Namibie die we moeiteloos ... maar wel na het "nodige" tijdsverlies oversteken. Gertrude heeft ondertussen de madam tot betere inzichten kunnen brengen. Ze zegt nu dat de rit slechts 6 uur zal duren ... beter maar nog niet wat we willen, wel wordt iedere 10 minuten de tocht 1 uur korter. Als we zo doorgaan zullen we er vlug zijn ... en dat is ook zo. De laatste 25 km zijn wel "dirt road" waardoor we maar 50 km per uur kunnen rijden. De laatste 5 km naar de Kalizo Lodge zijn op een zandpad waardoor we maar 10 km per uur kunnen rijden. Gelukkig rijdt de eigenaar van de Kalizo Lodge met zijn jeep net achter ons bij de afslag voor de laatste 5 km. Hij loodst ons gezwind langs de splitsingen die het kaf (2 x 4 = wij) van het koren (4 x 4 = de meesten hier) scheiden en we komen zonder problemen (de paar opmerkingen van Gertrude over de staat van de weg en hoe het de laatste keer is dat ze dit nog zal doen niet te na gesproken) in de lodge aan. De eigenares blijkt Belgische / Brusselse roots te hebben. Ze noemt Sherry of Cherry wat volgens haar voor cherie staat en al veel beter klinkt dan Madeleine wat haar moeder op haar paspoort laten zetten heeft. Na een siesta in onze mooie tent, een plons in het zwembad en een frisse pint in het droge keelgat, kunnen we weer een fantastische zonsondergang over de "Mighty Zambesi" aanschouwen en ons verheugen op een schotel "beef op Indonesische wijze". Alleen het feit dat er niet genoeg geld meer op onze lopende rekening staat (en dat de slechte Internet verbinding ons belet naar onze lopende rekening over te schrijven) kan de vreugde enigszins temperen. Bah, morgen is a new day! Misschien kunnen we van de business Internetverbinding van Kalizo gebruik maken. De eigenaar vertelt ons dat hij voor die verbinding 350 USD per maand betaalt. Die verbinding kan hij aan zijn gasten niet aanbieden omdat het ook op zijn achterste valt bij meer dan 1 gebruiker. Gasten moeten hopen dat de verbinding via het 2G telefoonnet werkt.

Chobe N.P.

Wij (en de gids) zijn stipt op het appel. Het is al vrij licht en we rijden zonder verwijl naar de ingang van het N.P. Daar geven de parkwachters iedere Jeep een identificatie-tag en een bestemming (ofwel "river route" ofwel de "upper route"). Wij krijgen de "upper route" toebedeeld maar onze gids beslist dit aan zijn laars te lappen. Het is erg droog geweest zegt hij en er is een veel grotere kans dieren te zien langs de rivier dan langs de "upper route". De eerste paar honderd meter kijkt de gids zeer regelmatig om kwestie van zeker te zijn dat er geen parkwachter in het snotje heeft dat we de toebedeelde route niet volgen. Het grote verschil met PomPom camp zit niet zozeer in de dieren maar in het landschap (hier wat heuvelachtig tov de Okavanga delta die kompleet vlak is) en vooral in de hoeveelheid toeristen (hier rijdt de ene jeep achter de andere ... zeker als iemand iets gezien heeft. Echt storend is het niet ... ook al omdat de meeste mensen zich stilletjes houden ... maar men krijgt niet het gevoel alleen te zijn met de wilde dieren ... wat wel het geval was in de Okavanga delta. Wat we te zien krijgen is vergelijkbaar maar in grotere getale. Olifanten bij de vleet (tot een kleine 50 samen), leeuwen in een groepje van 5 (2 welpen inclusief), giraffen, kudu's, everzwijnen, thesesses, buffels, apen (die onze muffin proberen te stelen), van alle soorten antilopes en allerlei vogels ... te veel om op te noemen.

Het lijkt erop dat alleen zebra's en rhino's nog op het appel ontbreken. Die hebben we nog niet kunnen zien omdat die niet zaten waar wij al geweest zijn.

Terug in Kasane halen we wat geld uit de muur (ze hebben hier ook van die welwillende muren) en kijken eens wat hier zoal te koop aangeboden wordt. Beide activiteiten duren ongeveer even lang (1 minuut ... naar boven afgerond).

Na de siesta gaan we met een bootje het N.P. in. Dit geeft weer een totaal andere kijk op de zaken. De meest dieren zijn dezelfde als diegene die we op de game drive gezien hebben, maar het perspectief is gans anders en bij sommige zijn we nog dichter of zijn de aantallen zo mogelijk nog groter (buffels of hippo's bv). Bij het terug naar ons hotel varen (rond 6 pm) worden we nog vergast op een mooie zonsondergang. Ik hoop dat de foto's de werkelijkheid zullen benaderen.

Chobe valt zo goed in de smaak (ondanks de grote drukte) dat we morgen nog een game drive willen doen vooraleer de grens met Namibie over te steken. Onze verblijfplaats daar is toch maar 1.5 uur weg van Kasane en we zijn toch om 9 uur terug van de game drive.

Tijd zat met andere woorden

Naar Kasane (Chobe N.P.)

Als we voortgaan op de "mededelingen" van Gertrude onmiddellijk na het wakker worden was haar nacht niet fantastisch. Meldingen over het "geradbraakt zijn", "beknabbeld door de muggen", "geen oog dichtgedaan" of "goed dat we hier maar 1 nacht slapen" laten niet veel aan de verbeelding over. We hebben dat nog gehoord en laten de storm overwaaien. Gewoonlijk duurt die niet zo lang en inderdiet tegen dat we aan de ontbijthut zijn is alles (min of meer) over.

We vertrekken op het geplande uur richting Nata sanctuary waar we een hele bende flamingo's hopen te zien. Na een 50-tal kilometer moeten we plots zeer hard remmen voor 2 paarden die de weg oversteken. Dit op zichzelf is geen unicum ware het niet dat daardoor van alles in de auto verschuift .... inclusief de sleutels van onze hut in Planet Baobab ... die zijn we vergeten terug te geven bij het uitchecken. Eerlijk als we zijn besluiten we terug te keren om de sleutels terug te geven. Na deze daad van eerlijkheid / stommiteit vatten we opnieuw de weg naar het santuary van Nata aan ... waar we een uur later dan gepland toekomen. De flamingo's in het sanctuary van Nata maken echter veel goed. Het is inderdaad een heel spektakel. Het hele meer op de zoutvlakte (die in schoonheid absoluut niet kan wedijveren met de grensstreek tussen Bolivie (Uyuni) en Chili (Atacama)) is bezaaid met flamingo's. Bij het verlaten van het sanctuary vragen we aan de portierster hoeveel flamingo's er ongeveer zijn en het blijken er meer dan 1 miljoen te zijn ... alhoewel ik betwijfel dat ze zo ver kan tellen. Dat al deze flamingo's hier zijn is te danken aan een flinke regenbui een tweetal weken geleden. Flamingo's hebben blijkbaar een gesofistikeerd systeem. Op regelmatige tijdstippen sturen ze verkenners naar de broedplaatsen zoals dit sanctuary. Als die niet terug komen wijst dit erop dat de eerste regens gevallen zijn en komen alle andere flamingo's achter ... in grote getale!

Na de flamingo's rijden we richting Kasane = Chobe N.P. waar we rond 4 pm toekomen. Men had ons blijkbaar vroeger verwacht en we missen daardoor de boottocht op de Chobe rivier. Gevolg is dat we allerlei administratieve problemen veroorzaakt hebben. Uiteindelijk besluiten we op een verkorte versie van de boottocht in te tekenen. Dit blijkt een totale vergissing te zijn want we zijn maar met ons tweeën (dat is de totale vergissing niet) en we varen drie maal hetzelfde stuk van de Chobe rivier af. We moeten namelijk de geplande 1.5 uur op de boot blijven (smeekt de "kapitein" of anders krijgt hij onder zijn voeten van zijn baas) maar we kunnen stroomafwaarts maar 1 km ver, want daar is de grens met Namibie (en een beetje verder met Zimbabwe en Zambia al). Verder kunnen we niet tenzij we een grenskonflikt tussen de twee landen willen uitlokken. Stroomopwaarts kunnen we ook maar 1 km ver want daar begint het nationaal park al en daarvoor hebben we (nog) geen ingangsticket. We blijven dus op het bootje tot de zon min of meer onder is waardoor iedereen min of meer gelukkig is. Dan gaan we zoals afgesproken Skypen met Els & Dries. Dat lukt min of meer na een aantal reboots aan beide kanten. Na dit verhakkelde gesprek kunnen we de pint waar we al lang naar uitkeken nuttigen om dan een poging tot Skypen met Tom & Lies te ondernemen. Dat lukt ook maar zo en zo (het zal wel aan ons liggen ... wij zijn de gemeenschappelijke faktor in beide Skype pogingen) en dus gaan we eten met een half oog op de TV waar Zuid Afrika de wereldkampioenschapswedstrijd rugby tegen Samoa met verve wint. Iedereen (de meeste zijn Zuid Afrikanen) in de bar is (zelf)voldaan alsof de overwinning tegen Samoa een fantastisch wapenfeit is. Ze vergeten dat in Samoa hooguit 15 mannen tussen 18 en 65 jaar oud leven en dat een overwinning dus niet meer dan de logica zelve is.

Morgen is het vroeg (= 5:45) op te staan want dan gaan we op een "game-drive" in Chobe N.P.

planet Baobab

Bedankt voor de reacties over het niet zichtbaar zijn van de foto's. Ik denk dat ik het ga opgeven want ik zie de foto's staan maar jullie blijkbaar niet. Het verwondert me eigenlijk niet dat er iets mis gaat want ik moet me door allerlei bochten wringen om de foto's op een aanvaardbare resolutie in de documenten te krijgen want ik kan ze niet in het foto gedeelte van de ReisMee website krijgen omdat Mr Jobs iets anders wil(de) dan Mr Gates

We hebben vandaag maar een kort ritje (+/- 200 km) tot Gweta waar Planet Baobab is. Het is zeer heet en we hadden misschien net zo goed tot aan Kasane kunnen doorrijden (in de air conditioning) maar dan hadden we niet in een echte hut kunnen overnachten (hier is het ook verbazend koel). Het beste alternatief was waarschijnlijk geweest gisteren rechtstreeks van de luchthaven van Maun naar Planet Baobab te komen. Dit vooraf regelen is echter moeilijk omdat men vooraf niet weet wanneer de vluchten zijn. Het hotelpersoneel moet de avond voor het vertrek naar de maatschappij telefoneren om te weten te komen wanneer de vluchtk gepland is. Niet getreurd echter we zijn hier om te relaxen dus een paar uur min of meer doet niet terzake. Aan de bar van Planet Baobab heeft een Zuid Afrikaans koppel ons de raad gegeven het sanctuary van Nata te bezoeken (slechts een omweg van 30 km op onze weg naar Kasane van morgen). Dat sanctuary is blijkbaar een "salt pan" waar flamingoes komen. Hun komst is echter uitzonderlijk (de Zuid Afrikanen zijn reeds verschillende keren specifiek voor dit flamingo spectakel naar Nata gekomen en zijn, onverichterzake, moeten terugkeren omdat de flamingoes op het appel ontbraken ... dus mogen we, nu ze er wel zijn, deze opportuniteit niet laten voorbijgaan.Morgen wordt dus een lange dag, maar vandaag hebben we een korte met alleen deze namiddag om 5 uur een wandeling door de woesternij rond Planet Baobab op het menu.

De gids op deze wandeling gaat op zoek naar "The Small Five" (= mieren, spinnen, termieten, enz.) en geeft uitleg over struiken, planten en bomen. Interessant om dat ook eens te horen en mogelijks nog interessanter is de traditionele sundowner aan de rand van een "waterhole" waar we alleen de silhouetten van een paar ezels en honderden vogels zien tegen de achtergrond van een mooie Afrikaanse zonsondergang

Een paar foto's

Ziehier een paar foto's (aan die van de vorige dagen met een aantal andere dieren geraak ik (hopelijk voorlopig) niet). Nu gaan we verder richting Chobe N.P