Dag 6: Een dagje in de buurt van Berat
Vandaag is dus de nieuwe dag en die plannen we te spenderen in de buurt van Berat. Het internet werkt me nog steeds op de zenuwen en omdat ik vroeg wakker ben (omdat ik vroeg (rond 11 uur) gaan slapen was) is het eerste wat ik doe, het internet uittesten. Dat lijkt behoorlijk te werken dus besluit ik eerst de blog van gisteren af te werken en te posten en dan, als er nog tijd overblijft, naar de Champions League finale te kijken.Het eerste lukt, het tweede niet omdat er geen tijd genoeg is. Na het uitgebreid ontbijt (gefrituurd ei, twee enorme stukken kaas, drie soorten confituur, koffie en thee van ik weet niet wat, een vruchtensapje van ik weet niet wat, mezores (= oliebollen zonder suiker en zonder veel smaak) en een schoteltje met schijfjes tomaat en komkommer en olijven staan we er weer stevig op en is weer bewezen dat Albanezen duidelijk schrik hebben dat hun gasten honger zouden kunnen lijden.
Om 9:45 vertrekken we richting Bogova waterval en Osumi Canyon. Het kwik staat nu al op 25 °C en er zijn maar een paar wolkjes te bespeuren. Zo zien we het graag. We beslissen de verste bestemming (= Osumi Canyon) eerst te doen om in functie van de resterende tijd te beslissen welke wandeling we naar de waterval nog kunnen / willen doen. Onderweg zien we een paar schildpadden de weg oversteken. Het exemplaar bij het avondeten gisteren was dus helemaal geen uitzondering. Verdere losse bemerkingen tijdens de rit: Bij iedere benzinepomp staat een bediende om benzine te tanken. Dit is een beroep dat volledig uit het Belgische straatbeeld verdwenen is. Jonge mensen kunnen zich waarschijnlijk niet meer inbeelden dat er ooit een tijd geweest is dat de benzine getankt werd door een persoon die niets anders deed. De grote aantallen tweedehands Mercedessen (E en C modellen) vallen hier, zoals in de reisgids beschreven, wel op. Rond Tirana waren de splinternieuwe Mercedessen “de bon ton”. Hier, op het platteland, is de weelde duidelijk minder aanwezig.
We rijden door een zeer mooie streek met zeer veel ongerepte bossen en weinig weides voor het vee of akkers om allerlei gewassen te laten groeien. Waar wel wat akkerbouw gepleegd wordt, gebeurt dit nog grotendeels manueel. Stihl kan hier zeker nog een gat in de markt ontdekken en de man die we hier nog met een zeis aan het werk zien te helpen. Na een uurtje komen we in de buurt van de Osumi Canyon. Wanneer Google Maps even het Noorden kwijt is, vragen we een lokale politieagent om raad. Hij begrijpt onze vraag niet 100% (zelfs niet 5%) maar weet daar wel raad mee. Hij sommeert onmiddellijk een man, die op een terrasje zit te genieten maar waarvan hij weet dat hij Engels spreekt, om ons te komen helpen. Daarmee is dat probleem ook van de baan. Nu kunnen we de canyon, van ongeveer 13 km lang, 4 tot 35 m breed en 80 tot 100 m diep, bezoeken.
Het beste zicht op de canyon heeft men van een uitzichtpunt dat gecreëerd werd aan een merkwaardig gat in de rotsen. Er is een hele legende over een gearrangeerd huwelijk waarbij de bruid, omdat ze ongelukkig was, in dit gat in de rots verdween. Na het uitzichtpunt rijden we verder naar het begin van de canyon waar we een babbeltje slaan met een Nederlands koppel. Zij zijn ook in Theth geweest maar hebben minder geluk gehad dan wij (en denk nu maar niet dat ze veel mooier waren dan wij). Ze hadden de geplande wandelingen naar de Gunas waterval en de blue eye niet kunnen doen vanwege de aanhoudende regen.
Op de terugweg van de canyon is het ondertussen 12:30 geworden en zoeken we een terrasje op. Een Nepalese dienster (ik wil haar niet vragen hoe ze hier beland is) helpt ons aan een bruschetta (niet de broodjes zoals bij ons maar een soort taart belegd met tomaat en komkommer), een pizza Margarita en een fles van 1.5 l spuitwater. Dat volstaat om onze buiken strak te krijgen en dan krijgen we nog een toemaatje onder de vorm van een bord kersen (we krijgen een plastiek zakje om de kersen die we niet meer de baas kunnen mee te nemen voor later). Dat alles kost ons minder dan een gemiddelde fles van 1 l spuitwater in Gertrude’s water statistieken. Nu is het tijd om de Bogova waterval te bezoeken. De temperatuur is ondertussen opgelopen tot 29 °C en we besluiten dus naar een parking dicht bij de waterval te rijden ipv een tocht vanuit Bogova te doen. Dit is een goede beslissing, want het is een steile klim en de zon schijnt genadeloos op de onbeschermde stukken van de weg die uiteindelijk (heen en terug) toch een kleine 5 km is.
De waterval is mooi maar toch minder mooi dan de Gunas waterval in Theth. Men kan hier ook in de poel aan de voet van de waterval zwemmen maar het water is hier blijkbaar minder koud dan die in Theth. We moeten hier voortgaan op de opinie van twee Teutonen (= die staan op een hoger trapje dan de Belgen wanneer het op koudwatervrees aankomt). De Bogova waterval mag dan misschien wat minder mooi zijn dan de Gunas waterval bij Theth, de tocht naar de waterval heeft duidelijk geholpen bij de vertering van de lunch waardoor we goed voorbereid naar Kantina Pupa kunnen rijden. Daar staat namelijk nog een bezoek aan het wijndomein op het programma. Vooraleer daar aan te beginnen moet ik wel water in de ruitensproeier toevoegen. Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Men moet namelijk eerst de motorkap open krijgen en dat valt niet mee als de secundaire vergrendeling goed verstopt zit en de handleiding in het Albanees is. Enfin, uiteindelijk lukt het toch zonder een te grote deuk in mijn macho ego.
Om 6 uur staan wij (samen met 2 Nederlandse dames) klaar voor een bezoek aan de wijngaard (de eigenaar voert ons samen met zijn dochter, die voor de vertaling instaat, naar de nabijgelegen heuvels waar Pupa’s Hof van Olijven en wijngaarden liggen. We krijgen uitleg over de verschillende druivenrassen en het werk in de wijngaard. Nadien gaan we naar de wijnkelders waarin alles (pers, fermentatie tanks, filters, pompen, bottelmachines, enz.) uiterst netjes onderhouden lijkt te zijn. Tenslotte komt de proeverij. We krijgen een witte wijn, een rosé en een rode wijn voorgeschoteld. Bij de wijnen worden, voor ons vieren, twee grote schotels voorgerechtjes opgediend. Er zijn twee soorten kaas, er is brood met pesto, er is tomaat en komkommer en ook fruit (abrikozen en kersen). Ik blijf bij het oude adagium “Sell on a cheese, buy on an apple” en proef dus de wijnen op hun eigen waarde zonder allerlei maskerende smaken van kaas en andere lekkernijen. De witte en de rode vallen beter mee dan de rosé. De afsluitende raki is straf maar tamelijk smaakloos. Geef mij maar een grappa van een welbekend huis in Amelia.
Na de proeverij bestellen we exact hetzelfde als gisteren (1 bird in casserole en 1 kid in the oven) en gaan we weer buiten aan een tafel zitten om het laatste avondmaal in Berat te nuttigen. Na een weer zeer lekker maal, rest me alleen nog de blog te schrijven, te laten corrigeren en te posten. Ondertussen heeft Gertrude ontdekt dat het internet signaal sterker is op het toilet. Het posten zal dus hopelijk lukken en ondertussen kan ik ook vieren dat de Gantoise volgend seizoen weer Europees speelt. Allé de Buffalo’s
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}