Op avontuur in Albanië (en Griekenland en N. Macedonië)

Dag 8: Murat sur Vèdre naar La Salvetat sur Agout (24.3 km, 543 hm)

Ik heb vrij goed geslapen. Tussen een onder- en een bovenlaken slapen is toch makkelijker dan in een sac à viande. Om te draaien in die spullen moet men toch een beetje een Houdini zijn. Hoe dan ook, ik word maar éénmaal wakker en dan wel omdat ik dacht dat het al bijna tijd was om op te staan. Ik ben echter om de tuin geleid door de volle maan maar kan toch weer inslapen tot net voor de wekker. Die is weer geklopt. Guy, mijn appartementgenoot, is ook om 7 uur wakker maar we interfereren noch voor de badkamer noch voor de WC met elkaar. Voor ontbijt hebben we een halve baguette en elk twee pannekoeken. De patron brengt ook de picknick (brood met kaas en sla en … weer een zakje chips. Straks kan ik een chips winkeltje openen)

Om 8:15 zijn Guy en ik klaar en gaan we op stap. De patron heeft ons goede moed ingesproken door te zeggen dat het een korte (22 km) en gemakkelijke (veel vlak en zelfs beetje dalend en meestal in de schaduw) etappe is. De Letse Esten zijn al voor ons vertrokken en Lasse en zijn vriendin ontbreken nog op het appel. Al snel voel ik dat Guy veel sneller stapt dan ik en ik zeg hem dan ook dat we mekaar vanavond wel zien (hij logeert ook in de Auberge de Resse). Het weer is weer zeer mooi maar het is wel fris. De patron zei dat het 11 ° C was maar dat het vorige week nog veel kouder was (2 ° C). Voor een plaats op 850 m hoogte en eind september is dat natuurlijk geen wonder.

Bij het buitengaan van Murat is het geitenkeutels à gogo. Eerst probeer ik er nog wat tussen te stappen maar op de duur worden de keutels zo overvloedig dat ik gewoon stap waar mijn voeten het goed vinden. Binnen 22 km zal alles er wel weer afgevallen zijn, denk ik. Dat hier zoveel geiten lopen heeft blijkbaar te maken met het feit dat hun melk gebruikt wordt om Roquefort kaas te maken en er wordt duidelijk zeer veel Roquefort gegeten.

Naast de geitenmelk (en vanaf nu, voor mij, ook het andere bijproduct van de geiten) is de streek ook gekend voor de veelheid aan menhirs en dolmens. Langs de GR passeer ik er een kleintje die onder een afdakje geplaatst werd (ik vraag mij af waarom men een grote steen onder een afdakje plaatst). Er zijn er echter ook die heel wat groter zijn. De grootste in de streek is 4.5 m hoog en heeft inscripties. Hoe ze die in de tijd recht gekregen hebben is een raadsel.

Voorlopig gaat alles OK met de voeten (nu er alleen maar een dunne Compeed over quasi de totale oppervlakte van mijn voetzool geplakt is) en de rug (nu ik de dag met een krak krak aioei momentje begonnen ben en de rugzak zo evenwichtig mogelijk gepakt is). Ik denk / hoop dat mijn voetzool nog altijd vasthangt alhoewel dat voor een stijve hark als ik moeilijk te controleren is. De voeten en de rug zijn de belangrijkste elementen om op schema voor een volle aflaat te blijven. Verdere autostop fratsen kan ik me niet permitteren.

Om 10:30 bots ik op de vier Letse Esten. Zij waren vroeger dan ons vertrokken maar hebben hier wat gerust en staan nu startensklaar. We wisselen een paar diepzinnige gedachten zoals “bonjour”, “da”, “nastrovje”, “pravda”, “soyus” en “njet” en zetten de colonne in gang. Ze laten mij voorgaan alhoewel ik er niet van overtuigd ben dat ik sneller dan hen stap maar een eerste test komt er snel aan. We moeten op een bergje van hooguit 50 m maar het is ontzettend steil. Ik hou een pittig tempo aan om te zien wat er gebeurt en ja ze lossen. Dat brengt de stand op Belgie 1 – Estland 0. Dat is minder goed dan de 0 – 3 en de 5 – 0 van de Rode Duivels maar zij hadden hiervoor 90 minuten nodig, ik maar 1 minuut. De dames blijken echter hun adem niet alleen voor het beklimmen van dat bergje nodig gehad te hebben want ze kunnen ook nog kwetteren. Een tweede (minder steil) bergje brengt me niet buiten kwetterbereik al zeker niet wanneer ik een paar foto’s van het wondermooie meer wil nemen. Ze komen weer binnen kwetterafstand en willen me met vragen als “mogen we in dit meer zwemmen?” bij hun kwetterkransje betrekken. Dat is lief van hen maar ik pas en raad hen aan niet te vragen of ze mogen zwemmen zodat ze zeker mogen. Ik moedig hen dus aan toch minstens pootje te baden en vertrek gezwind. Belgie 2 – Estland 0 uit een stilstaande fase.

Ik kan nu mijn tocht in alle stilte voortzetten en kom rond 11:30 in Villelongue. Veel “ville” is er niet want er zijn hooguit een twintigtal huizen en zo longue is het stadje nu ook weer niet. Interessant is wel dat Villelongue exact halverwege Murat en La Salvetat ligt met 11 km in beide richtingen.

Rond de middag zijn mijn baguette en mijn pannenkoekjes verteerd en is het tijd om het ideale plekje te vinden. Ik passeer aan de Jasse de Baccut. Jasse betekent blijkbaar schuilplaats of zo. Deze plaats beantwoordt voor 3.5 van de vier criteria voor een goede picknickplaats. Er is schaduw, ik,heb al 15 km afgelegd, er zijn overal zitstenen en het uitzicht is OK maar niet schitterend! De picknick is niet zo gesofistikeerd als de vorige dagen maar de pain rustique is volgepropt met dikke plakken camembert en sla. Dat is ook niet slecht en mijn rug zal blij zijn als dit allemaal in mijn maag zal zitten in plaats van in de rugzak. Terwijl ik op mijn gemakje mijn brood aan het verorberen ben komt zowaar een koppel “echte stappers” uit de richting waar ik naartoe ga. Het is duidelijk dat ze het noorden kwijt zijn want ze stappen richting Arles en verwijderen zich van Compostella.

Na het eten wordt ik inhaald door Lasse. Met zijn lange benen stapt hij bij een gelijk tempo zeker 20 % sneller. Toch blijven we een km of twee bij elkaar om over koetjes en kalfjes te babbelen. Plots verschijnt een dier dat niet in de verhaallijn past 20 m voor ons op het pad. Het is een tamelijk groot ree. Dit is het eerste wilde dier dat ik (en ook Lasse) op deze tocht zie. Daarna stapt Lasse weer op zijn ritme door en blijf ik op het mijne. Dat is rap genoeg want ik voorzie een tamelijk snelle aankomst in La Salvetat en bovendien is het weer behoorlijk warm. Niet te geloven dat het bijna oktober is.

La Salvetat is een ambetante aankomst. Men stapt eerst naar beneden tot op de bodem van de vallei die de Agout hier uitgekerfd heeft, daarna moet men naar boven als men het historisch centrum dat op een “eilandje” dat tussen de Agout en een ander riviertje ligt, wil bezoeken. Daarna moet men weer naar beneden, naar een brug over het tweede riviertje en dan weer naar boven tot aan de Auberge de Resse, 1 km voorbij de brug. Na 24 km zijn er leukere dingen maar de gedachte aan een pintje doet wonderen. Bovendien nemen mijn kleren en ik een magische douche waardoor het niet meer stuk kan. Ik installeer me op het terrasje en begin mijn blog te schrijven. Erg ver geraak ik echter niet want Guy blijkt ook op zoek te zijn naar een pintje en de koetjes en kalfjes worden weer ten tonele gebracht. Hij is net op pensioen (63) en vertelt over de administratieve mallemolen waarin hij zit om tot een exact pensioen te komen. Hij heeft voor Bull en Atos zowat overal in Europa gewerkt en ook 2 jaar in Jakarta gewoond. Hij heeft twee dochters waarvan er één met een Leuvenaar getrouwd is. Ik kan zo nog een tijdje doorgaan maar ga dat niet doen omdat ik alleen maar een idee wil geven van de verschillende runderrassen die aan bod zijn gekomen.

We spreken om 19:30 af voor het avondmaal. Voor ons, “les pélerins”, is een vast menu klaargemaakt. Eerst een groot bord groene sla met een grote bol aardappelsalade met blokjes hesp in de mayonnaise, daarna een zeer lekkere èmincè de boeuf met frietjes en tot slot een stuk citroen meringue taart. Dat laatste is er voor mij eigenlijk wat te veel aan (ik begin boven op mijn hoofd te zweten) maar met wilskracht komt men ver.

Na dit alles is het tijd geworden om verder te bloggen maar het dagje stappen, het eten en de drank eisen hun tol en ik besluit mijn wekker een uurtje vroeger te zetten om morgenvroeg verder te doen.

Als dat geen sterk plan is.

Slaapwel

Reacties

Reacties

Dominique

Aan doorzettingsvermogen en positiviteit ontbreekt het u zeker niet. Altijd leuk om je blog te lezen.

Maud

Geweldig

Wilfried

Prachtig

Lieve

Compassie mee de rug en de voetjes …. Doe voor mij maar een kaarsje als je aangekomen bent . Aan relativering zal het niet ontbreken precies. Tot gauw.

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!