Op avontuur in Albanië (en Griekenland en N. Macedonië)

Dag # 7: Valansart – Rouvroy

We hebben gevraagd of we om 7:30 kunnen ontbijten. Op die manier kunnen we een beetje vroeger vertrekken en dus een beetje de grote hitte van de middag / namiddag vermijden. Dat kan en we mogen van het madammeke ook onze boterhammetjes voor deze middag samenstellen (want we betrouwen het niet om onderweg iets te kunnen kopen, zeker niet op een zondag). Om 9:00 zet Nelly ons af op de plaats waar ze ons gisteren oppikte. Het is opnieuw (nu al de 7de dag op rij) een helder blauwe hemel en een beetje fris maar absoluut niet koud wanneer we beginnen stappen. De voormiddag bestaat hoofdzakelijk uit bossen, meestal wel mooie loofbossen maar toch bossen en we hebben al veel bossen en bomen gezien. Met andere woorden we hopen alle drie op een verandering van scenery. Die verandering komt er rond de middag, meer en meer open plekken geven zicht op de wijde omgeving en dat brengt wat afwisseling.

Na een tijdje zien we drie stappers vanuit de verte naar ons toekomen. Ze hebben alle drie dezelfde witte T-shirt aan en twee van de drie hebben een witte vlag boven hun rugzak uitsteken. Gertrude begint met hen te babbelen en komt zo te weten dat ze deelnemen aan een tocht langs de Belgische staatsgrenzen met de bedoeling geld in te zamelen voor onderzoek naar de ziekte van Parkinson. Hiervoor hebben ze 30 km per dag veil wat hen een “Chapeau” van ons en ons een “bonne continuation” van hen oplevert. We stappen verder maar deze ontmoeting doet mij weer denken aan gedachten die ik al sinds het begin van onze tocht heb, namelijk waarom stappen wij hier? Ik besluit alle mogelijke motivaties op te lijsten in mijn epiloog en het aan jullie, mijn gewaardeerde lezers over te laten er één of meerdere motivaties uit te pikken waarvan jullie denken dat ze van toepassing zijn. Jullie mogen absoluut ook bijkomende motivaties aanbrengen. Ik ben geïnteresseerd in jullie publieke (reis mee web site) of private (e.mail) reacties.

Na dit filosofisch intermezzo schakelen we opnieuw over naar een prozaïsch verslag van de gebeurtenissen van de dag. In ons geval is dit een passage in de Ferme de Hayon. Deze oude boerderij wordt opgeknapt door een coöperatieve van een 200 mensen die weinig of veel geïnvesteerd hebben in het reilen en zeilen van de renovatie van de boerderij. Ondertussen zijn 4 mensen (gezinnen?) hier gedomicilieerd en die runnen een boerderij oude stijl met kippen op het erf en koeien in de wei en patatjes en oude granen en hennep (chanvre, hemp) op de velden. Alleen dat laatste lijkt een toevoeging van meer recente datum zij het voor toepassingen in de textiel of als THC olie.

Rond 12:30 zijn we in Sommethonne en Gertrude heeft honger dus gaan we op zoek naar een picknickplaats. Een plaats vinden die aan de drie criteria (die jullie ondertussen kennen) beantwoordt is niet eenvoudig dus settlen we voor een plaats met twee sterren (kunnen zitten …. Op de trappen van de kerk en in de schaduw zitten … in de schaduw van de kerktoren). Het uitzicht moeten we opgeven. Dat is echter geen ramp vooral omdat we alle drie al een stevig hongertje hebben en uitzicht op rangorde drie komt. Na het eten klimmen we stevig omhoog en passeren na minder dan 1 km een picknickplaats van 3 sterren. Dit doet ons tot de conclusie komen dat de GR organisatie de stappers een enorme dienst zou kunnen bewijzen door in hun topo-gidsen mooie picknickplaatsen te vermelden. Enfin, we trekken verder door een nu steeds mooier wordend landschap. We krijgen vergezichten zowel richting Belgie als richting Frankrijk want we lopen letterlijk op de grens tussen de twee landen. Het toetje op de taart is een bezoek aan Montquintin. We moeten er wel eerst helemaal voor naar beneden tot in Couvreux afdalen om dan zeer steil tot in Montquintin weer op te klimmen. De beloning is een vergezicht in de vier windrichtingen vanop een plaats waar sinds de 12de eeuw een versterkte burcht / kasteel gestaan heeft. Van het kasteel schieten nu maar een aantal muren meer over, maar een blijkbaar erg actieve groep enthousiastelingen stellen alles in het werk om het kasteel zoveel mogelijk te restaureren en te herbestemmen voor allerlei festiviteiten

Vandaar gaat het rechtstreeks naar beneden waar we Nelly om 4:15 ontmoeten zodat we snel naar de eerste pint van de dag kunnen rijden.. We logeren in het chateau de Latour in het dorpje Latour, kwestie van het makkelijk te maken voor de GPS. Ik bestel een “wiite Chimay” en Wilfried een “jonge Orval” maar we worden beiden beleefd maar gedecideerd door de ober op het matje geroepen. De eigenaar van de Chateau de Latour heeft namelijk één of andere functie in de abdij van Orval waardoor hij Orval tot 30 jaar oud in de kelder liggen heeft. Die is echter niet voor routinematige verkoop bestemd. Een bijna 4 jaar oude Orval kan men echter krijgen voor 5 Euro terwijl een jonge Orval ook 4 Euro kost. De ober raadt ons dus aan eens goed na te denken. Onze berekening is snel gemaakt en we volgen het advies van de ober … met zeer goed gevolg. Deze 4 jaar oude Orval is idd stukken zachter / beter dan een jonge Orval en de extra 1 Euro meer dan waard. Zo erg zelfs dat we er een tweede van bestellen.

Na de douche hebben we een tafel in het restaurant gereserveerd. We beperken ons tot de hoofdschotel. We hebben sinds het begin van de tocht meestal een menu met voor-, hoofd- en nagerecht gegeten en beginnen ons, ondanks het vele stappen, serieuze zorgen te maken over ons gewicht. Enfin, dat zijn zorgen voor donderdag als we voor het eerst weer op de “enige echte en betrouwbare weegschaal” moeten verschijnen. Ondertussen gaan we goed slapen, denk ik, maar niet zonder eerst naar Sports Late Night te kijken

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!