Op avontuur in Albanië (en Griekenland en N. Macedonië)

Dag 11: Dinsdag 24 september: Lorgues - Carcès (24 km; 504 hoogtemeter)

De dag begint onder een perfekt gesternte (figuurlijk) want de lucht is helder blauw en er staat een mooi zonnetje. Het is wel te fris om buiten te eten maar perfekt om te stappen. We rijden na het ontbijt met de auto uit Lorgues met de bedoeling bij een bakker een belegd broodje en / of een stuk pizza te kopen. Dat is veel makkelijker gezegd dan gedaan want het is markt op dinsdag in Lorgues . Een aantal straten zijn hierdoor afgesloten waardoor de GPS tilt slaat en we in een straatje belanden waar we niet verder geraken. Er zit niets anders op dan ruim 100 m achteruit rijden tussen geparkeerde auto’s en de façade van de huizen (met hier en daar uitstekende stukken die niet uitstekend zijn). Waar een wil is, is een weg en dus geraken we zonder “kleerscheuren” aan onze picknick en vervolgens op onze vertrekplaats een paar kilometer buiten Lorgues.

Om 9:45 dropt Nelly ons langs de kant van de weg naar de Abbaye du Thoronet. Het is van daar nog een 6-tal kilometer en dus zeggen we aan Nelly dat we haar binnen anderhalf uur aan het klooster zien. Aanvankelijk lopen we op een paar tarmac baantjes die echter helemaal niet druk zijn. De hoeveelheid bebouwing is dermate laag dat er vanzelfsprekend bijna geen auto’s op deze wegjes rijden. We volgen een hele tijd de GR signalisatie maar die is plots verdwenen. Bovendien is de weg die op op mijn GPS staan heb ook weg.. Dat de weg weg is heeft volgens ons te maken met het feit dat men op deze plaats een nieuwe wijngaard aan het aanleggen is. Een onbenullig voetwegje moet dan natuurlijk wijken voor de grote financiële belangen die spelen in de wijnindustrie. Uiteindelijk komt alles in orde en rond het geplande uur zien we voor het eerst de kerktoren van de abdij.

Wilfried wil hiervan een tekening maken terwijl wij nog een 5-tal minuten verder stappen tot aan het klooster. Nelly staat ons op te wachten en we besluiten al naar binnen te gaan. Dat is een goed idee want er is net een begeleide toer door het klooster begonnen. We sluiten aan bij een groepje van 4 andere toeristen en zijn erg tevreden dat we met zo’n klein groepje zijn … tot een buslading ook komt aansluiten. Na een kwartiertje houden we het meelopen met de groep voor bekeken. We denken dat we het belangrijkste gehoord hebben en doen het bezoek op eigen kracht verder. Het klooster is wonderwel bewaard gebleven. Dit komt door de stevige materialen en bouwmethodes maar ook door het feit dat de Franse Revolutie hier niet erg toegeslagen heeft en dat de materialen na het verdrijven van de monniken niet geroofd zijn door de mensen uit de omgeving … omdat niemand in de omgeving woonde. Verdere informatie over Le Thoronet, beste lezers, kunt ge vinden door hier te klikken. Ik zal één dezer dagen nog eens wat foto’s posten en hopelijk geeft dit een goed idee van de sobere schoonheid van de romaanse gebouwen.

Na het bezoek maken we gebruik van de picknick tafels rechtover het klooster om onze casse croute naar binnen te werken en stappen we verder. De tocht is wondermooi met zachte hellingen, redelijk goede wegen (verhard of onverhard maar altijd erg rustig = we zien quasi niemand en doorkruisen een agglomeratie van een 10-tal huisjes waarvan de helft er verlaten uitziet) en wijngaarden waar men ook kijkt. Zoals we de voorbije dagen ook al zagen zijn de meeste druiven al geplukt. Dit lijkt me vroeg dus stap ik een wijngoed binnen om de wijnmaker te vragen of dit uitzonderlijk is. De brave borst neemt de tijd om me te vertellen dat door de opwarming van de aarde steeds vroeger geoogst wordt (nu reeds midden augustus voor bepaalde rassen). Op zijn wijngaard is er alleen nog Ugni Blanc en Carignan die nog niet binnengehaald zijn. Met deze wetenschap in de achterzak stappen we verder tot we langs een perceel stappen waar de druiven nog welig tieren. Eén van de wijnstokken met dikke blauwe trossen moet ik ter hulp schieten omdat het gewicht blijkbaar te groot wordt. Ik ontlast de wijnstok van een grote tros waardoor de struik weer verder kan en wij een paar lekkere druiven smullen. Gertrude noemt mijn redding van die wijnstok diefstal maar geniet toch ook van één derde van de tros. Wat verder passeren we een perceel met witte druiven. We voelen ons verplicht dezelfde hulp die we de Carignans boden aan de Ugni Blancs te bieden om competitie vervalsing tegen te gaan.

Een beetje voor 4 uur staan we voor de (figuurlijke) poorten van Carces. Daar ziet Wilfried een atelier van een ceramist die in zijn vitrine een aantal mooie werken staan heeft. Jammer genoeg is de deur op slot en kunnen we niet binnen om met de man (of vrouw) een babbeltje te slaan. Gelukkig staat er wel een telefoonnummer op de deur. Op het moment dat ik zeg dat we eens zouden kunnen telefoneren om uit te zoeken waar de artiest is heeft Gertrude al de oren gespitst en zegt ze dat we niets gaan kopen want dat we geen plaats meer hebben. Mijn argument dat we altijd iets anders zouden kunnen wegzetten lijkt niet veel zoden aan de dijk te brengen, maar ik geloof in de stille kracht van verandering en vind dat we het gewoon zouden moeten doen. We besluiten eerst Nelly (nog een paar kilometer verder) te gaan ontmoeten en dan te zien wat er gebeurt. Nelly wacht ons op aan onze B&B maar is nog niet ingecheckt omdat er pas om 5 uur iemand is. We besluiten met de auto naar Carces terug te rijden om op een terrasje onze dorst te lessen en … eens te bellen naar het nummer van de ceramist. Men weet immers nooit dat hij ondertussen weer in zijn atelier zou zijn. Hij is er niet ,maar kan terugkeren om ons te ontvangen. Nu zou het erg onbeleefd zijn op dit vriendelijke aanbod niet in te gaan. Ik neem aan dat iedereen ondertussen doorheeft wat het resultaat van onze (mijn?) beleefdheid is. Inderdaad, we moeten een plaatsje vinden voor een doos van 30 op 30 op 30 cm en 5 kg in onze al overvolle auto. Wilfried zegt dat hij bereid is de doos op zijn schoot te nemen.

Daarna keren we naar de B&B terug waar we enthousiast ontvangen worden door de eigenares die ons bovendien op een eigengemaakt amaretto geïnspireerd drankje trakteert. Na de douche gaan we op aanraden van de eigenares van de B&B naar een restaurant in Cotignac. Naast een aantal restaurants is Cotignac ook bekend omwille van verschijningen die daar hebben plaats gevonden. Het is niet alleen Maria maar ook de heilige Josef die hier … en zelfs tweemaal verschenen zijn. Hiermee wil Cotignac de strijd met Lourdes en Fatima aanbinden. Het heeft misschien dan wel een aantal troeven (zoals de verschijning van Jozef) maar is bijlange niet zo populair als de andere twee bedevaartsoorden … en dat is maar goed ook want al het commerciële gedoe lijkt er ons allemaal een beetje over.

Na de maaltijd is het tijd om ons terug te trekken en in te sluimeren in de wetenschap dat we een zeer mooie dag achter de rug hebben.

Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!