Dag 11: Van Punta Arenas naar Torres del Paine
Terwijl Gertrude na het ontbijt de valiezen pakt ga ik de huurauto oppikken. Deze keer heb ik een iets grotere auto gevraagd omdat ik het risico (de platte tube ervaringen in Namibië spelen me nog altijd parten) wil minimaliseren. Ik weet niet of het nodig is, maar er zijn natuurlijk wel horror stories over de ripio in Torres del Paine NP op het internet te vinden. Dus beter safe than sorry en een Nissan X-trail wordt gehuurd. Het Hertz bureau gaat om 9:00 open en ik sta op hun deurstoep om 8:59. Op die manier ben ik wel de eerste maar dat garandeert blijkbaar geen vlotte afhandeling. Ondanks het feit dat ik de documenten waarop staat dat de boeking op naam van Patrick Aime gebeurd is, ondanks het feit dat ik mijn rijbewijs en credit card onmiddellijk op tafel leg, ondanks het feit dat ik mijn paspoortnummer van buiten ken, enz duurt het toch bijna een half uur vooraleer ik de X-trail naar het hotel kan sturen. Alles (= Gertrude en al haar ingepakte koffers) inladen en de neus in de juiste richting krijgen duurt nog wat waardoor het bijna 10 uur is voor we goed en wel Punta Arenas tot zondag verlaten.
Het is ongeveer 10° C wat voor de streek niet slecht kan genoemd worden en dat hebben we te danken aan een waterzonnetje en het feit dat het (atypisch) bijna niet waait. De weg naar Puerto Natales is bij aanvang een echte autostrade maar wordt snel een tweevaksbaan die er echter zeer goed bij ligt waardoor we gemakkelijk 120 km / u kunnen rijden … als de politie niet kijkt. Wie wel scherp toekijken, zijn de roofvogels (allemaal van dezelfde soort). We kennen niets van vogelen en moeten het dus bij de beschrijving roofvogel houden. Buiten roofvogels zien we ook loopvogels. Die beesten zijn kleiner dan emu’s / struisvogels maar beduidend groter dan kalkoenen. Gebaseerd op ons daarnet opgebiechte onkunde, zullen ook die beesten naamloos verder door het verslag en de wereld moeten stappen (want vliegen kunnen ze volgens mij niet).
Het weer wordt nu langzamerhand slechter met grijze wolken die maar net boven de horizon blijven. Onwillekeurig moet ik omwille van het landschap aan “Le plat pays” van Jacques Brel denken. “Avec un ciel si bas qu’un canal s’est perdu, avec un ciel si bas qu’il fait l’humilité, avec un ciel si gris qu’un canal s’est pendu” enz. … Is dat misschien de echte spirit van Patagonië? Melancholie troef?? Kilometers na kilometers niets dan bruin / gele vlaktes zonder boompje of huisje en als er dan toch eens een estancia staat dan vraagt men zich af wat de bewoners hier godganse dagen doen. Het enige kleurrijke zijn de bushokjes die hier langs de weg ter hoogte van iedere estancia (iedere 20 km?) te vinden zijn. De Belgische politici die bedachten dat iedereen binnen de 50 m van hun voordeur het openbaar vervoer moesten hebben, zochten waarschijnlijk hier de mosterd want hier heeft inderdaad iedere estancia zijn busstop binnen de 50 m van hun voordeur (tenzij die voordeur pas op het einde van een lange oprit staat).
Het is 12:30 wanneer we Puerto Natales binnenrijden. Tijd om de innerlijke mens te versterken en vooral ook om verse benzine en verse Chileense peso’s op te slaan. Van hier tot Torres del Paine (en terug natuurlijk) zijn namelijk geen benzinepompen. Wanneer we, na de verschillende opslagbeurten, Puerto Natales buiten rijden staat een mooi zonnetje te stralen in wat grotendeels een blauwe hemel geworden is. Daardoor is de temperatuur nu opgelopen tot 15° C en zijn we erg tevreden dat we de aanreisroute naar Torres del Paine gewijzigd hebben. Het lijkt erop dat er veel meer spectaculaire zichten op de bergen en gletsjers op weg naar en vanaf de zuidingang zijn dan wanneer met Torres del Paine benadert vanaf de oostingang. De weg naar de zuidingang is ook zeer redelijk (een opvolging van macadam gevolgd door ripio die 60 km/u toelaat, gevolgd door tarmac met weliswaar erg diepe putten die een vergelijking met de Waalse gewestwegen moeiteloos zouden weerstaan).
Bij de parkwachters aan de zuidingang (Rio Serrano) vervullen we alle nodige formaliteiten en kopen we een ticket voor de volgende 3 dagen (21’000 CHP of 21 USD … misschien hadden we beter minder CHP gekocht en gewoon met USD betaald). Drie dag binnen en buiten mogen gaan zal ons toelaten de wandelingen te doen die we gepland hebben. Op het prikbord van de rangers hangt de weersvoorspelling en die ziet er niet fantastisch uit voor de komende dagen. We zullen dus zoveel mogelijk moeten proberen te profiteren van het zeer mooie weer deze namiddag en stappen zo vlug mogelijk na de formaliteiten naar de auto. Twee parkwachtsters vragen ons of ze mee mogen rijden tot aan Pudeto (waar de catamaran die ons binnen 2 dagen over het Pehué meer zal brengen, afvaart). We kunnen deze vriendelijke vraag niet in de wind slaan (ten eerste omdat de vraag vriendelijk is en ten tweede omdat er geen wind is) en nemen de twee dames mee. Op die manier krijgen wij wat uitleg over het park en krijgen zij transport naar hun bestemming … al duurt dat transport waarschijnlijk langer dan ze gedacht hadden. Ik wil namelijk bij ieder mooi plekje stoppen en een paar foto’s nemen. Vandaag is het zeer mooi weer maar morgen waarschijnlijk niet en dan zou het jammer zijn al die mooie plaatjes niet voor de eeuwigheid (of toch voor zeer lang) vastgelegd te hebben. Onze twee passagiers delen onderweg allerlei weetjes met ons: dat er ongeveer 1000 bezoekers per dag in het hoogseizoen Torres del Paine bezoeken en dat Paine blauw (= kleur van het ijs van de gletsjers) betekent in de taal die de oerbewoners van de streek spraken, voor ze uitgemoord werden door de migranten van West Europa. Ze vertellen ons ook de namen van elke berg die we voorgeschoteld krijgen: van links naar rechts: Gran Paine, Cuernos en Admiral Nieto; de torens van de Torres ziet men nauwelijks van deze kant. We worden ook diets gedaan dat de Tyndall gletsjer gedeeltelijk in het O’Higgins NP ligt, enz.
Bij de Pudeto gekomen wandelen we op aanraden van onze parkwachtsters tot aan de waterval van Salto Grande (10 minuutjes) en stappen we daarna verder tot halverwege het pad naar de Mirador Los Cuernos (de hoornen). De zichten op de bergen zijn spectaculair en doordat het windstil is zijn mooie weerspiegelingen op de kleine meertjes zichtbaar. We komen ook een familie van een twintigtal guanoco’s (= lama-achtigen) tegen die het duidelijk naar hun zin hebben maar daar niet noodzakelijk voor willen poseren voor de fotograaf die in uw dienaar schuilt. We keren halverwege het pad terug omdat ik de indruk heb dat het zicht niet veel meer gaat veranderen en er waarschijnlijk verder richting ons hotel Las Torres, nog mooie (en toch wel andere) zichten zijn.
Rond 6:00 arriveren we in het hotel, we checken in en doen nog een klein wandelingetje. Ik had gehoopt nog een paar interessante perspectieven op de 3 torre’s te krijgen maar dat blijkt niet het geval. Laat ons dus zeggen dat dit kleine wandelingetje van +/- 3 km goed was voor de gezondheid en voor het aanscherpen van de appetijt, maar beter de plaats had geruimd voor een frisse pint wat ook gezond is en ook de appetijt aanscherpt. Gedane zaken nemen echter geen keer en ik zal dus mijn appetijt met een frisse pint aanscherpen vlak voor ik begin te eten. Niet makkelijk maar moeilijk gaat ook. Onze dienster heeft trouwens nog een goede suggestie in petto: ze raadt ons aan een hele fles wijn te kopen ipv de twee glazen die we van plan waren te bestellen omdat dit nauwelijks duurder zou zijn. Een juiste redenering als we een fles huiswijn zouden bestellen maar mijn oog is gevallen op een Cabernet Sauvignon Reserva Series van Errazuriz (= huis dat we een paar jaar geleden bezocht hebben als we de wijngebieden rond Santiago onveilig maakten). Daardoor gaat de bedoelde besparing niet echt op. Gelukkig kunnen we het gat in de begroting beperken door geen water te bestellen. Eind goed alles goed. Nu nog de rugzak voor morgen klaar maken (met de nodige bescherming tegen nattigheid maar ook met de (even nodige) hoop dat het allemaal nog wel zal loslopen) en het verslag van de dag schrijven zodat we morgen om 7:00 kunnen ontbijten. Er wacht ons namelijk een stevige stapdag gevolgd door een stevige (maar gemotoriseerde) verplaatsing van het Torres hotel naar het Rio Serrano hotel (50 km ripio verder).
Slaap wel
Reacties
Reacties
ik heb een paar dagen moeten overslaan (nog niet op pensioen), maar het blijft leuk lezen. Veel plezier ginder!
Ben benieuwd naar jullie stapverslag. Blijf toch maar een oog hebben op de ripio's zodat je toch niet hulpeloos te voet komt te staan!
Caranchos en ñandús ?
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}