Op avontuur in Albanië (en Griekenland en N. Macedonië)

Bezienswaardigheden van Esfahan iets buiten het centrum

Vandaag zijnwe van plan die zaken in Esfahan te bezoeken die wat verder van het centrum / ons hotel liggen. De reden is dat het vandaag vrijdag (= zondag) is en op vrijdag wordt het Iman Khomeini plein, met het koninklijke paleis en de Shah (nu Imam) moskee erop, voor toeristen afgesloten. Onze eerste bestemming is daarom de vrijdagmoskee want, geloof het of niet, die moskee wordt wel vrijdagmoskee genoemd maar wordt niet echt meer gebruikt voor het vrijdagsgebed en is daarom te bezoeken op vrijdag. Laat maar iets weten als ge het niet meer verstaat! Abdullah noemt de vrijdagmoskee een architecturaal museum. De reden is dat de eerste structuren van de moskee dateren van de 9de eeuw toen Islam in Iran “ingevoerd” werd. Die structuren staan bovenop de resten van een Zoroastrische vuurtempel, maar daarvan valt niets meer de bespeuren. Misschien leerden de Spanjaarden hier wel de stiel vooraleer naar Centraal en Latijns Amerika te gaan om Maya en Inca tempels onder kerken en kathedralen te verstoppen. Naarmate de eeuwen verder schreden werden steeds weer bijkomende gebedshallen, minaretten, koepels, terassen, enz bijgebouwd. Hierbij werd steeds weer een mooi geheel met eigen accenten bereikt. Interessant (niet mooi) is de pseudo Kabaa (spreek uit Keebeh) Die werd door de mullahs van Esfahan gebruikt om mensen die van plan waren de Haji te doen te leren hoe ze rond de echte Kabaa in Mekka moesten gaan. Mede door dit bezoek begrijpen we beter en beter waarom vele bezoekers aan Iran Esfahan als hoogtepunt beschrijven. De stad is mooi, het Imam Khomeini plein is mooi, de vrijdagsmoskee is mooi, …. Het is een goede zaak dat we Esfahan voor het laatste deel van de trip gehouden hebben.

Van de vrijdagsmoskee gaan we naar een christelijke (jawel) kerk. In de 16de eeuw motiveerde de Sassavid koning Armeniërs uit het noorden van Iran naar Esfahan te verhuizen. Ze waren nl. Gereputeerde handelaars en dat was nuttig op een van de knooppunten van de zijderoute. De Armeniërs mochten hun eigenheid bewaren. Ze mochten bv. 12 kerken bouwen maar veel verder moest hun eigenheid niet gaan. Ze mochten b.v. (en mogen nog steeds) niet huwen met moslims, ze mochten niet proberen zieltjes te winnen, enz. De Armeense kerk die we bezoeken is, naar onze smaak, overdadig met fresco's (waarvan sommige aan Hieronymus Bosch doen denken) versierd, maar er zullen wel mensen zijn die dat graag zien. Het is wel een raar zicht een christelijke kerk vol met zwart geklede en gesluierde dames te zien.

Aan de kerk is ook een museum verbonden. Dit museum gaat voor een stevig percentage over de Armeense genocide in 1915 in Turkije (waarschijnlijk wil Iran bewijzen hoe goed de Armeniërs in Esfahan het wel hebben). De rest van het museum is niet fantastisch op uitzondering van een aantal rariteiten zoals een diepzinnige tekst die alleen met een microscoop kan gelezen worden, omdat de tekst op een menselijk haar geschreven werd. De andere rariteit is een tekening van Abraham die aan Rembrandt wordt toegeschreven.

We kopen, na het bezoek aan de Armeense kerk, een (dixit Abdullah) Turkse kebab. Ik vrees dat de Armeniers (zelfs die van Esfahan) die beschrijving niet zouden apprecieren. We trekken het ons niet aan en gaan onze kebabs in het park langs de rivier die Esfahan doorkruist opeten. We zitten op een bank, genieten van de kebab, hebben een mooi zicht op de twee antieke bruggen / sluizen die Esfahan rijk is, het weer is mooi (en zelfs niet te warm wanneer men uit de zon blijft) en de mensen zijn vriendelijk en vrolijk. Wat moet men meer hebben? In verschillende bogen van de brug staan mensen spontaan te zingen. We begrijpen er natuurlijk geen fluit van, maar de lichaamstaal van de zangers (en dat zijn er veel en ze spelen blijkbaar op mekaar in) maakt duidelijk dat het er vrolijk aan toe gaat. Op een bepaald moment worden wij duidelijk het onderwerp van het gezang, want van alle kanten wordt naar ons gekeken. We kunnen niet claimen dat we het echt plezant vinden zeker niet wanneer we het woord “America” verstaan. Dat woord kan in Iran geen enkele positieve connotatie hebben, maar de gezichtsuitdrukkingen zijn vriendelijk genoeg om ons toch niet ongerust te voelen (bovendien is Abdullah in de buurt en die moet ons maar uit de miserie helpen. Hij zou b.v. Kunnen zeggen dat we van Belgique zijn en dan denk ik dat, met de huidige berichtgeving uit het Vaderland, iedereen wel medelijden met als zal beginnen krijgen. Abdullah moet echter niet tussenkomen want we zijn volledig gerustgesteld wanneer ik uitgenodigd wordt ook mijn zangtalent te demonstreren. Die mensen weten niet welke gehoorschade ze dreigen op te lopen en dat kan ik hen (zonder te zingen) met succes kont doen.

Na deze zangstonde gaan we nog een koninklijke paleis en park bezoeken. Dit paleis werd voor een prinses van de Qajar dynastie gebouwd met de bedoeling haar reeds op aarde te geven waarvoor ze normaal zou moeten wachten tot in het paradijs. Ik weet niet of ditbgelukt is maar ik weet wel dat kort nadien de Qajar dynastie door de vader van Shah aan de deur gezet is in een militaire coup.

Na een thee in het park gaan we dan naar een tapijtenwinkel die Abdullah reeds lang kent. Deze winkel heeft al altijd de wensen van Abdullah’s klanten kunnen vervullen en dus hij (en wij) hebben er goede hoop op. De eigenaar van de winkel geeft eerst een ingestudeerd nummertje in tapijtologie ten beste. Zijn acolieten hebben duidelijk goed opgelet tijdens de les, want allerlei tapijten die door de eigenaar besproken worden dwarrelen wel georkestreerd en met een perfecte timing op de vloer. Na de voorstelling zeggen we dat we op zoek zijn naar een klein maar mooi tapijtje van 100% zijde om aan de muur te hangen. Dat is geen probleem en opnieuw wordt tapijtje na tapijtje netjes voor onze voeten geëtaleerd. Als een collectie van een 15-tal tapijtjes voor onze voeten ligt vraagt de eigenaar ons om diegenen die ons minder bevallen te elimineren. Ondanks het feit dat er eigenlijk geen enkel bij is dat niet mooi is slagen we er toch in een “short list” te maken van een 5-tal tapijtjes. Van die 5 neemt hij er zelf 2 weg (1 omdat de design niet specifiek Iraans is en dus geen goed souvenir is en 1 omdat er (nauwelijks te onderkennen) defecten inzitten). Wie dacht dat het tussen de overblijvende 3 (alle 3 van min of meer dezelfde prijs) zou gaan is echter mis, want plots komt hij nog aandraven met een deus ex machina. Gertrude fluistert binnen de seconde na het verschijnen van de god uit de machine dat dit een zeeeeeeer mooi tapijtje is. De geslepen businessman heeft onmiddellijk door dat hij een gevoelige snaar geraakt heeft. Voor hij meer schade aan mijn portemonnee kan aanrichten vraag ik hem hoeveel dat tapijtje kost. De prijs die hij opgeeft is dermate stevig (dubbel van de andere) dat ik op Gertrude’s goedkeuring kan rekenen als ik hem vraag dit (zij het, zeer mooi) tapijtje weg te leggen. Dat is geen probleem zegt hij maar hij legt het wel op zo’n manier weg dat het nog altijd zichtbaar blijft. De tapijtjes waartussen we proberen te kiezen verbleken echter tegen de achtergrond van het tapijtje dat we proberen uit ons geheugen te schrappen. De strijd is helemaal verloren wanneer Gertrude zegt dat ze denkt dat we beter geen tapijtje kopen omdat we toch altijd spijt gaan hebben dat we het heel mooie tapijtje niet kochten. Voor mij zit er dus niets anders op dan de schade proberen te beperken. De verkoper doet een mooie eerste zet (bijna 30%) maar ik vind de nieuwe prijs nog altijd erg stevig. Ik herinner me wel een “in tempore non suspecto” gesprek met Abdullah waarin die zegde dat men meestal 10 tot 15% kan negotiëren, dat 20% moeilijk is en dat meer dan 25% quasi onmogelijk is. Ik zou dus met mijn bijna 30% op mijn buik moeten wrijven maar ik probeer toch nog wat verder te negotieren. Eerst door te flatteren dan door cash geld te bieden (voor zover we dat nog hebben), dan door grappig te zijn en tenslotte door Gertrude verantwoordelijk te stellend voor het dreigend gat in mijn budget … maar ik geraak niet verder. Het wordt dus bedanken voor de moeite (en misschien later spijt hebben) of handje schudden (en waarschijnlijk geen spijt hebben maar hoogstwaarschijnlijk wel een veelbetekenende zucht van berusting van onze kinderen moeten ondergaan). Na diep nadenken besluiten we handje te schudden en de trotse eigenaars te worden van een 100% zijden, gesigneerd en 169 knopen per cm2 tapijtje uit Qom.

We besluiten vanaf nu alleen maar falafels (broodje met gefrituurde kikkererwtenkoekjes) meer te eten om de extra kost van dit tapijtje t.o.v. de andere (ook mooie) tapijtjes terug te verdienen. Minder dan één uur na het trekken van dit besluit wordt het echter al met de voeten getreden want we bestellen een erg lekkere maaltijd in een erg mooi restaurant met niet minder dan 1 liter doogh. Laat ons zeggen dat we onze aankoop gevierd hebben en dat we ernaar kunnen uitkijken morgen nog tevredener te zijn met onze aankoop…. dat heeft de verkoper toch gezegd. De besparingen beginnen morgen.

Reacties

Reacties

Paul

Proficiat met de aankoop !

Tom

Ik ben benieuwd ...

Jef

Proficiat. Ik vond onderhandelen zeer frustrerend in Iran en de prijzen waren dikwijls belachelijk hoog. Ik heb toen niet veel meegebracht.

Pieter

En nu nog een potje verrijkt uranium vinden!

Els

Voorspelbaar zijn jullie wel

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!