Via Tolosana tussen Montpellier en Toulouse

Dag 5: van Rif. Città de Fiume naar Rif. A. Tissi

De bergen zitten weer helder en het zonnetje schijnt. Niets kan ons derhalve na het ontbijt tegenhouden om er weer tegenaan te gaan. Gisterenavond had het Amerikaans koppel iets gezegd van dinosauriërsporen die ergens in de buurt van onze geplande route zouden te zien zijn. Dit is voor Tom voldoende om een ommetje te suggereren. Ik ga alleen akkoord als we in het ommetje wat hoogtemeters sparen door een zetellift te nemen. Na de 32 km van gisteren die Tom toch ook wat aan de hoge kant vond heb ik het niet moeilijk hem van de waarde van mijn tegenvoorstel te overtuigen. De paden zijn nog spekglad na de overvloedige regen van gisteren en op veel plaatsen liggen nog hopen samengespoelde hagelstenen. Het eerste stuk van de geplande route verloopt vlotjes en ook het eerste stuk van Tom’s ommetje heeft geen speciale uitdagingen in petto. Dat gaat zo tot we aan het pijltje naar de dinosporen komen. Aanvankelijk gaat het steil omhoog op een modderig = glad paadje daarna komen we op een steenlawine waar geen pad meer te bekennen is. Op basis van de GPS waar wel een pad aangegeven staat kunnen we verder en verder klimmen. Ik begin te bedenken dat die dinosporen beter erg de moeite waard zijn wil er geen serieuze impact op mijn humeur zijn. Na een klein uurtje klefferen komen we uiteindelijk aan de top van de steenlawine = voet van de verticale rots van de 3000 m hoge Pelmetto. Daar staat een bordje dat aangeeft dat de rotsblok ernaast afdrukken van dino poten heeft. We zien inderdaad een aantal putten van misschien 15 cm doorsnede in die rotsblok en dat moeten dan de afdrukken van een dino zijn. Het uitzicht van hier over de vallei is wel zeer mooi en ik kan daarom begrijpen dat een dino hier een paar miljoen jaar geleden wat staan trappelen heeft om van het uitzicht te genieten maar dat ik een paar miljoen jaar later een uur geklefferd heb om die pootafdrukken te bezichtigen is “des Gutes zu viel” zouden ze hier vóór WO I gezegd hebben, nu zeggen ze la buona troppo … of zoiets. We eten naast het bordje een koekje om onszelf wat moed in te eten en vatten de afdaling naar het dalstation van de zetellift (800 m lager) aan. Tijdens deze lange afdaling wordt onze vrees dat de zetellift niet werkt bevestigd. Men is namelijk aan 3 weken onderhoudsactiviteiten bezig en er zit dus niets anders op dan weer 600 m op pure spierkracht naar boven te stappen. We beslissen eerst een Cola te drinken in de bar naast de lift … maar die is gesloten omdat het seizoen over is. &@{}#%^*+~.

Was het vandaag geen rustige dag? Gingen we vandaag niet op een normaal uur eten? Daar komt dus niets van in huis want het is al na 2 uur als we in Rif. Coldai op aanraden van de Belgen van gisteren een goulashsoep met brood bestellen. Die Belgen weten natuurlijk niet wat ze gemankeerd hebben door niet naar de dinosporen te gaan kijken maar ze zullen wel “op tijd” in Rif. Tissi aankomen. Voor ons is dit niet 100% zeker dus vragen we hen te zeggen dat wij onderweg zijn.

Na Rif. Coldai gaat het nog een kleine 100 m verder bergop en dan kunnen we de geplande route naar Rif Tissi volgen (geschat op 2.5 à 3 uur) of een ommetje van Tom volgen. Tom’s ommetjes hebben ondertussen wel een kwalijke reputatie maar deze keer heb ik wel zin om zijn redenering te volgen. Hij wil namelijk zo weinig mogelijk hoogtemeters verliezen om de laatste klim van nog eens 150 m naar de rifugio Tissi zo licht mogelijk te houden. Wat me niet aanstaat is dat we om dit plan concreet te maken een paar kilometer door één grote steenlawine moeten. We vorderen slechts langzaam en moeten bovendien een aantal keren door vrij steile sneeuwvelden. De eerste (en grootste en steilste) omzeilen we door voor het sneeuwveld af te dalen en na het sneeuwveld terug op te klimmen. Dit is niet erg productief dus de volgende sneeuwvelden worden (zonder problemen) gewoon met de voeten getreden. Uiteindelijk komen we aan de voet van de klim naar Tissi uit op ongeveer dezelfde tijd als hadden we de normale weg gevolgd. Hiervoor krijg ik natuurlijk de schuld … en terecht: ik had maar rapper moeten stappen en minder dan 2 maal in 2 minuten op mijn bek (= eigenlijk hand en arm, maar dat klinkt minder goed) moeten gaan. Enfin, we zijn er en wat wij gedaan hebben was avontuurlijker dan gewoon het pad volgen.

Eenmaal in de rifugio sluiten we ons aan bij de Belgen die al lustig aan het pintelieren zijn en we kunnen, in afwachting van het beschikbaar komen van de enige douche voor de hele rifugio, met onze nieuwe Belgische vrienden een eerste pint nuttigen. Het wachten duurt zo lang dat we meer dan 1 pint kunnen drinken. Daarmee is nog maar eens bewezen dat Johan Cruyff gelijk had dat ieder nadeel een voordeel heb. Eenmaal een plaatsje in de douche veroverd krijg ik voor mijn jeton een aantal minuten water die ik gebruik om mezelf en mijn kleren te wassen, wat net lukt. In principe is er in Rif. Tissi niet voldoende water om een handwasje toe te laten maar men kan natuurlijk niet beletten dat men tijdens het douches ook kleren wast. Water voor douche, lavabo, keuken, enz. wordt per helikopter aangevoerd, het is dan ook geen wonder dat men strikt is op het water gebruik, laat staan verspilling.

Na het eten moeten we nog van alles bespreken zoals hoe gaan we best terug naar Pederue (de andere Belgen moeten ook naar Pederue maar willen nog naar de 3 Cime rijden voor een tocht overmorgen en willen dus niet te laat vertrekken)? Wanneer spreken we best met t Nic en Jaklien af zodat we een zinvolle babbel kunnen hebben zonder mekaars plannen te veel in de war te sturen? en waar spreken we best af? Passo Duran was de oorspronkelijke bedoeling maar dat is 7 uur stappen waardoor we weinig tijd zouden hebben voor t Nic en Jaklien zonder dat het zeer laat wordt voor ons en voor hen. Als we om 10 uur uit de bar / ontbijtkamer / eetplaats van de rifugio gezet worden zijn we tot de conclusie gekomen dat we best met ons achten in een minibusje van Listolade naar Pederue rijden nadat we met t Nic en Jaklien in Listolade iets gegeten hebben.

Met dit goed pan gaan we tussen de waslijnen die we tussen ons stapelbedden gespannen hebben slapen. Hopelijk is morgen alles droog maar ik vrees ervoor.


Reacties

{{ reactie.poster_name }}

Reageer

Laat een reactie achter!

De volgende fout is opgetreden
  • {{ error }}
{{ reactieForm.errorMessage }}
Je reactie is opgeslagen!